Het verontrustende Incident van de Dalai Lama roept zorgen op in de strijd tegen kindermishandeling

De term “Dalai Lama” betekent in het Mongools “oceaan van wijsheid”, of volgens de Koninklijke Spaanse Academie: “de hoogste spirituele en politieke leider van Tibet.” Sinds de 17e eeuw wordt deze titel toegekend aan spirituele leiders van de Gelugtraditie binnen het Tibetaans boeddhisme. Tenzin Gyatso, de huidige Dalai Lama, is inmiddels 87 jaar oud en kreeg deze titel toen hij pas vier was, waarmee hij de veertiende Dalai Lama werd. Na de Chinese inval in Lhasa, de hoofdstad van Tibet, in 1959, werd hij gedwongen tot ballingschap en leeft sindsdien in India. In 1989 ontving hij de Nobelprijs voor de Vrede voor zijn inzet voor religieuze vrijheid en de Tibetaanse zaak.
Op 10 april kwam echter een verontrustend incident met de Dalai Lama aan het licht, uitgerekend in een maand die in het teken staat van de strijd tegen kindermisbruik. In een viraal verspreide video is te zien hoe de spirituele leider een kind op de mond kust en ongepaste opmerkingen maakt zoals: “zuig aan mijn tong,” waarmee hij het kind in een kwetsbare en vernederende positie bracht. Het feit dat omstanders dit gedrag lachend aanschouwden, maakt de situatie des te schrijnender en wijst op een verontrustende mate van acceptatie van dergelijk gedrag.
De Dalai Lama bood via een verklaring op het Twitteraccount van zijn kantoor zijn verontschuldigingen aan, gericht aan de jongen, diens familie en vrienden. Opvallend is echter dat het excuus zich uitsluitend richt op de ongepaste “woorden” en de beledigende handelingen jegens het kind gemakshalve buiten beschouwing laat. Wat het incident nog schrijnender maakt, is de verklaring van zijn kantoor waarin de handelingen van de Dalai Lama worden afgedaan als “onschuldig” en “speels”, zelfs in het openbaar en voor draaiende camera’s. Deze uitleg roept ernstige vragen op over het besef van de ernst van het voorval.
Helaas reiken de gevolgen van misstappen door gezaghebbende figuren vaak verder dan de persoon zelf. Hele instellingen of religies kunnen het doelwit worden van veralgemenisering, waarbij de misstappen of medeplichtigheid van enkelen onterecht op de schouders van alle leden of gelovigen rusten.
De woorden van Mahatma Gandhi, “Als je de wereld wilt veranderen, begin dan bij jezelf,” onderstrepen het belang van introspectie en verantwoordelijkheid in de confrontatie met zulke ernstige kwesties. Het is van wezenlijk belang te erkennen dat kindermisbruik een alomtegenwoordig kwaad is dat geen onderscheid maakt tussen religie, nationaliteit, sociale klasse, beroep of instelling—het treft werkelijk elke uithoek van de wereld.
Het recente, betreurenswaardige voorval werpt een schaduw op de reputatie van de Dalai Lama. Titels bieden geen bescherming tegen de publieke opinie, en als gerechtigheid uitblijft bij misbruik van invloed, rest enkel nog sociale veroordeling als krachtig antwoord.
Het bagatelliseren van geseksualiseerde gedragingen richting kinderen is niet alleen ongepast, maar ronduit gevaarlijk, omdat het bijdraagt aan de normalisering van dergelijke verwerpelijke handelingen. Culturele verschillen ten spijt: een kind is een kind, of het nu in het Westen of in het Oosten is—en volwassenen dragen een onmiskenbare verantwoordelijkheid om hen te beschermen tegen schade. Deze situatie is zonder enige twijfel onaanvaardbaar—laat kinderen met rust!