Hanoi (VNA) - De commissies voor cultuur-educatie, justitie en sociale zaken van de Nationale Assemblee (NA) hebben op 22 februari een vergadering belegd om oplossingen te bespreken en aan te dragen voor het geweld tegen kinderen dat het publiek onlangs heeft geschokt.
Als voorzitter van de vergadering zei Tran Thanh Man, lid van het Politbureau en permanent vice-voorzitter van de NA, dat de vergadering de verantwoordelijkheid van het wetgevende orgaan weerspiegelt voor kwesties die de kiezers, de mensen en de publieke opinie zorgen baren; en dat de vergadering toezicht houdt op de uitvoering van de verordening van de NA over de bescherming en opvoeding van de kinderen.
Man verzocht om een duidelijke analyse van de oorzaken van het probleem van kindermishandeling en de verantwoordelijkheden van de betrokken instanties, en verzocht om voorstellen en aanbevelingen voor de partij, de NA en de regering om de wet tegen geweld tegen kinderen te voltooien en beter uit te voeren.
Ook vroeg hij de betrokken eenheden van de NA om onderzoek te doen en het ministerie van Arbeid, Invaliden en Sociale Zaken (MoLISA) voor te stellen een alomvattend overzicht op te stellen van kinderen in het hele land die het risico lopen slachtoffer te worden van geweld.
Volgens het verslag van het MoLISA tijdens de zitting heeft het ministerie van Openbare Veiligheid in 2021 in het hele land 1 914 gevallen van kindermishandeling vastgesteld, een jaarlijkse daling met 31 gevallen. Er waren echter een aantal ernstige gevallen die tot grote verontwaardiging van het publiek hebben geleid.
Ondertussen kreeg de bescherming van kinderen, met name tegen huiselijk geweld, nog niet voldoende aandacht. Volgens een verslag van de hulplijn 111, een noodnummer voor kinderbescherming, maakten kinderen die door hun familieleden werden mishandeld vorig jaar met 72,84 procent het leeuwendeel uit van het totale aantal gevallen, wat neerkomt op een jaarlijkse stijging van 5,3 procent.
Het MoLISA-rapport wees ook op een aantal oorzaken, waaronder onvoldoende investering van middelen voor de kinderbescherming, de morele degradatie van een deel van de samenleving, en het ontstaan van geestelijke gezondheidsproblemen en psychosociale problemen onder een deel van de bevolking.
Voorgesteld werd onder meer de huidige regelgeving inzake kinderbescherming te wijzigen en aan te vullen, een beleid uit te stippelen voor de opvang van weeskinderen, met name die welke het slachtoffer zijn geworden van de pandemie, en een programma op te zetten om de gevolgen van COVID-19 voor kinderen te verzachten.
